1. spiracles :Lieveheersbeestjes hebben negen paar siphonen aan de zijkanten van hun lichaam, meestal langs de borst- en buiksegmenten. Elke siphon is een kleine externe opening die de doorgang van lucht in en uit het lichaam mogelijk maakt.
2. Luchtpijp :Vanuit elke luchtpijp strekt een systeem van ingewikkelde en onderling verbonden luchtbuizen, trachea genaamd, zich uit en vertakt zich door het lichaam van het lieveheersbeestje. De luchtpijpen zijn als kleine luchtwegen die alle weefsels en organen bereiken, waardoor directe gasuitwisseling mogelijk is.
3. Gasuitwisseling :De siphonen fungeren als toegangspoorten voor het ademhalingssysteem van het lieveheersbeestje. Tijdens het inademen gaan de luchtpijpen open en wordt frisse lucht de luchtpijp in gezogen. De tracheolen transporteren deze zuurstofrijke lucht rechtstreeks naar alle lichaamsdelen, inclusief interne weefsels en organen. Tegelijkertijd diffundeert kooldioxide, een afvalproduct van de ademhaling, vanuit de weefsels naar de tracheolen en wordt tijdens het uitademen via de luchtwegen uitgestoten.
4. Tracheolen :De luchtpijp vertakt zich verder in nog kleinere luchtzakjes, tracheolen genaamd. Deze tracheolen zijn verantwoordelijk voor het rechtstreeks afleveren van zuurstof aan individuele cellen in het hele lichaam van het lieveheersbeestje.
5. Verspreiding :De uitwisseling van gassen tussen de tracheolen en de lichaamsweefsels vindt plaats door middel van diffusie. Zuurstof diffundeert van de tracheolen naar de cellen, terwijl koolstofdioxide uit de cellen naar de tracheolen beweegt.
In tegenstelling tot andere insecten hebben lieveheersbeestjes geen complex bloedsomloopsysteem met pompen (harten). In plaats daarvan vertrouwt hun ademhalingssysteem op diffusie om gassen te transporteren zonder de noodzaak van een complex vasculair netwerk. Dit systeem zorgt ervoor dat alle cellen en weefsels voldoende zuurstof krijgen en kooldioxide efficiënt wordt geëlimineerd.
Over het algemeen wordt het ademhalingssysteem van lieveheersbeestjes gekenmerkt door zijn eenvoud en effectiviteit bij het circuleren van zuurstof en het elimineren van afvalgassen door hun kleine lichamen. Met deze functie kunnen lieveheersbeestjes verschillende activiteiten ondernemen, waaronder vliegen, foerageren en voortplanten, terwijl ze een efficiënte ademhaling behouden.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win