Tijdens het inademen trekt het middenrif samen en zet de borstkas uit, waardoor een negatieve druk in de borstholte ontstaat. Dit drukverschil zorgt ervoor dat lucht via de luchtwegen de longen binnenstroomt, waardoor deze opblazen. Terwijl de longen uitzetten, strekken de elastische vezels zich uit en slaan ze elastische potentiële energie op.
Bij het uitademen ontspant het middenrif zich en trekt de borstholte samen, wat resulteert in een afname van het longvolume. De opgeslagen elastische energie in de uitgerekte vezels komt vrij, waardoor het terugveren van het longweefsel wordt bevorderd. Deze terugslag genereert een kracht die helpt de lucht uit de longen te verdrijven, waardoor het uitademingsproces wordt vergemakkelijkt.
Het evenwichtige samenspel tussen de elastische terugslag van de longen en de omringende spieren zorgt ervoor dat de longen effectief kunnen uitzetten en samentrekken, waardoor tijdens de ademhaling de uitwisseling van zuurstof en kooldioxide mogelijk is.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win