Voorbeeld A:Alex heeft moeite om tijdens de lessen te blijven zitten en flapt er vaak antwoorden uit zonder op zijn beurt te wachten of anderen uit te laten spreken.
Dit beschrijft impulsief gedrag, zoals moeite met het beheersen van acties of gedachten op dat moment, zonder rekening te houden met de mogelijke gevolgen.
Voorbeeld B:Isabella heeft moeite met concentreren tijdens de lessen en kan niet voortdurend aandacht besteden aan complexe instructies, maar vertoont geen impulsief gedrag.
Keuze B beschrijft aandachtstekort, niet impulsiviteit. Het juiste antwoord is dus A:Alex .
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win