Na een hysterectomie (chirurgische verwijdering van de baarmoeder) wordt meestal ook de baarmoederhals verwijderd. De baarmoederhals is waar het uitstrijkje wordt genomen om baarmoederhalskanker op te sporen. Omdat de baarmoederhals niet meer aanwezig is, is een uitstrijkje niet meer nodig.
Als de baarmoederhals echter niet werd verwijderd tijdens de hysterectomie (subtotale of supracervicale hysterectomie), moeten de uitstrijkjes toch worden voortgezet zoals aanbevolen door uw arts.