1. Orgaanverwerving:
- Zodra een geschikte orgaandonor is geïdentificeerd, haalt het orgaanverwervingsteam, bestaande uit chirurgen en medische professionals, het orgaan onder steriele omstandigheden uit het lichaam van de donor.
2. Initiële conservering:
- Direct na het ophalen wordt het orgel in een koude conserveringsoplossing geplaatst. Veelgebruikte oplossingen zijn onder meer de oplossing van de Universiteit van Wisconsin (UW) of de Euro-Collins-oplossing. Deze oplossingen bevatten essentiële voedingsstoffen en componenten die de cellen en weefsels van het orgaan beschermen.
3. Koeling:
- Het orgel wordt snel gekoeld om de stofwisseling en het zuurstofverbruik te verminderen. Dit proces helpt de achteruitgang van het orgel te vertragen en de levensvatbaarheid ervan te verlengen.
4. Hypothermische opslag:
- Het orgel wordt bewaard in een onderkoelde omgeving, doorgaans bij een temperatuur tussen 0 en 4 graden Celsius (32-39 graden Fahrenheit). Dit temperatuurbereik minimaliseert cellulaire schade en behoudt de functie van het orgaan.
5. Perfusietechnieken:
- Perfusie omvat het circuleren van een koude conserveringsoplossing door de bloedvaten van het orgaan. Deze techniek levert zuurstof en voedingsstoffen aan het orgaan en helpt de structurele integriteit ervan te behouden. Twee veelgebruikte perfusietechnieken zijn:
- Machineperfusie:een machine pompt de conserveringsoplossing door de bloedvaten van het orgaan, waardoor de bloedstroom wordt gesimuleerd.
- Statische perfusie bij koude opslag:het orgel wordt ondergedompeld in een conserveringsoplossing en periodiek gespoeld met verse oplossing.
6. Orgaanspecifieke overwegingen:
- Verschillende organen hebben specifieke conserveringseisen. Bijvoorbeeld:
- Nieren:Nieren worden doorgaans bewaard in een koude conserveringsoplossing en kunnen machinale perfusie ondergaan om hun levensvatbaarheid te verlengen.
- Lever:De lever wordt vaak geconserveerd door middel van hypothermische opslag en kan baat hebben bij zuurstofrijke perfusietechnieken.
- Hart:Harten vereisen gespecialiseerde conserveringstechnieken waarbij continue perfusie en zorgvuldig onderhoud van temperatuur en zuurstofniveau betrokken zijn.
7. Strikte termijnen:
- De conserveringstijd voor organen varieert afhankelijk van het orgaantype en de gebruikte conserveringsmethoden. Het is echter van cruciaal belang om organen binnen een specifiek tijdsbestek te transplanteren om de kansen op een succesvolle transplantatie te maximaliseren.
8. Transport:
- Wanneer organen naar afgelegen transplantatiecentra moeten worden vervoerd, worden ze zorgvuldig verpakt en voortdurend gecontroleerd om tijdens het transport de juiste temperatuur en bewaarcondities te behouden.
Door gebruik te maken van deze technieken voor orgaanconservering kunnen artsen de levensvatbaarheid van donororganen vergroten, waardoor ontvangers van transplantaties een betere kans krijgen op succesvolle transplantaties en betere resultaten op de lange termijn.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win