1. Sinusritme: Dit is het normale hartritme, waarbij de elektrische impulsen die de samentrekkingen van het hart regelen afkomstig zijn van de sinoatriale (SA) knoop, die zich in het rechter atrium bevindt. Het sinusritme wordt gekenmerkt door een regelmatige hartslag tussen 60 en 100 slagen per minuut (bpm) en een P-golf op het elektrocardiogram (ECG) die aan elk QRS-complex voorafgaat.
2. Boezemfibrilleren (AFib): Dit is een veel voorkomende hartritmestoornis waarbij de elektrische impulsen die de samentrekkingen van het hart regelen, afkomstig zijn van meerdere punten in de boezems, in plaats van van de SA-knoop. AFib wordt gekenmerkt door een onregelmatige hartslag die snel of langzaam kan zijn, en in plaats daarvan een onregelmatig ECG-patroon zonder duidelijke P-golven en een snel, ongeorganiseerd fibrillatiepatroon.
3. Atriale flutter: Dit is een hartritmestoornis waarbij de elektrische impulsen die de samentrekkingen van het hart regelen, afkomstig zijn van één enkel punt in de boezems, maar in een snel tempo. Atriale flutter wordt gekenmerkt door een regelmatige hartslag die doorgaans tussen 150 en 250 bpm ligt, en een ECG-patroon met duidelijke zaagtandvormige fluttergolven in plaats van P-golven.
4. Ventriculaire tachycardie (VTach): Dit is een hartritmestoornis waarbij de elektrische impulsen die de samentrekkingen van het hart regelen, afkomstig zijn van de ventrikels en niet van de SA-knoop. VTach wordt gekenmerkt door een regelmatige hartslag die doorgaans tussen 100 en 250 bpm ligt, en een ECG-patroon met brede, bizar gevormde QRS-complexen.
5. Ventriculaire fibrillatie (VFib): Dit is een levensbedreigende hartritmestoornis waarbij de elektrische impulsen die de samentrekkingen van het hart regelen, ongeorganiseerd en chaotisch zijn. VFib wordt gekenmerkt door een onregelmatige hartslag die zeer snel of langzaam is, en een ECG-patroon zonder duidelijke QRS-complexen of P-golven.
6. Asystolie: Dit is een hartritmestoornis waarbij er geen elektrische activiteit in het hart is. Asystolie wordt gekenmerkt door een vlakke lijn op het ECG, zonder waarneembare elektrische activiteit.
7. Pulsloze elektrische activiteit (PEA): Dit is een hartritmestoornis waarbij er elektrische activiteit in het hart is, maar het hart niet effectief samentrekt. PEA wordt gekenmerkt door een afwezige of zeer zwakke hartslag en een ECG-patroon met georganiseerde elektrische activiteit, maar geen voelbare pols.
8. Bradycardie: Dit is een hartritmestoornis waarbij de hartslag langzamer is dan normaal, doorgaans minder dan 60 bpm. Bradycardie kan worden veroorzaakt door een aantal factoren, waaronder bepaalde medicijnen, hartaandoeningen en disfunctie van het autonome zenuwstelsel.
9. Tachycardie: Dit is een hartritmestoornis waarbij de hartslag sneller is dan normaal, doorgaans meer dan 100 bpm. Tachycardie kan worden veroorzaakt door een aantal factoren, waaronder stress, angst, bepaalde medicijnen en hartaandoeningen.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win