1. Laserveiligheidsbril:
Draag altijd een geschikte laserveiligheidsbril of een veiligheidsbril die speciaal is ontworpen en gecertificeerd om bescherming te bieden tegen de golflengte en het vermogen van de gebruikte laser. Deze bril moet voldoen aan de vereiste optische dichtheid (OD) om schadelijke laserstraling te blokkeren.
2. Laserwaarschuwingsborden en -signalen:
Plaats duidelijke waarschuwingsborden en signalen rond lasergebieden om mensen te waarschuwen voor het potentiële gevaar. Deze borden moeten prominent worden weergegeven en moeten voldoen aan de relevante veiligheidsvoorschriften en -normen.
3. Laservergrendelingen en -bedieningen:
Installeer laservergrendelingssystemen en controlemechanismen om ongeoorloofde of onbedoelde laseractivering te voorkomen. Sleutelschakelaars, power-lock-systemen en afstandsbedieningen kunnen ervoor zorgen dat de laser alleen wordt gebruikt wanneer het bedoeld is.
4. Toegangscontrole:
Beperk de toegang tot lasergebieden alleen tot geautoriseerd en opgeleid personeel. Beperk de toegang tot degenen die de laserveiligheidsprotocollen begrijpen en over de noodzakelijke kwalificaties beschikken om lasers te bedienen of in de buurt ervan te werken.
5. Juiste laseruitlijning en afscherming:
Zorg ervoor dat lasers goed zijn uitgelijnd en afgeschermd om onbedoelde blootstelling aan de straal te voorkomen. Er moeten straalomhulsels, gordijnen of barrières worden gebruikt om directe en gereflecteerde laserstraling te blokkeren.
6. Huidbescherming:
Draag naast oogbescherming ook beschermende kleding om de blootgestelde huid tegen laserstraling te beschermen. Dit kunnen shirts met lange mouwen, broeken en schoenen met gesloten neus zijn.
7. Regelmatige inspecties en onderhoud:
Inspecteer laserapparatuur regelmatig op schade, defecten of verkeerde uitlijningen die de veiligheid in gevaar kunnen brengen. Volg de aanbevolen onderhoudsprocedures om ervoor te zorgen dat het lasersysteem goed blijft functioneren.
8. Training en opleiding:
Zorg voor een grondige training en veiligheidsbewustzijn voor alle personen die met of in de buurt van lasers werken. Zorg ervoor dat het personeel goed op de hoogte is van laserveiligheidsprotocollen, gevaren en noodprocedures.
9. Noodreactieplan:
Ontwikkel een alomvattend noodplan waarin de acties worden beschreven die moeten worden genomen in het geval van een lasergerelateerd incident of ongeval. Dit plan moet eerstehulpmaatregelen, contactinformatie voor relevante autoriteiten en procedures voor het omgaan met mogelijke lasergerelateerde verwondingen omvatten.
10. Naleving van veiligheidsnormen:
Zorg ervoor dat alle laserbewerkingen en -apparatuur voldoen aan de relevante veiligheidsnormen en -voorschriften. Dit kunnen normen zijn die zijn opgesteld door organisaties zoals het American National Standards Institute (ANSI), de International Electrotechnical Commission (IEC) of regelgeving van lokale overheden.
Door deze preventieve maatregelen te implementeren en zich te houden aan strenge laserveiligheidsprotocollen, kan het risico op laserschade aan het oog en algemene lasergerelateerde ongevallen aanzienlijk worden verminderd.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win