Steriele techniek :Hanteer altijd een strikt steriele techniek bij het hanteren van thoraxslangen om het risico op infectie te minimaliseren.
Juiste plaatsing :Zorg ervoor dat de thoraxslang correct in de pleuraholte is ingebracht en op de juiste manier is gepositioneerd om effectieve drainage te vergemakkelijken.
Beveiliging :Zet de thoraxslang stevig op zijn plaats vast om onbedoeld losraken of bewegen te voorkomen.
Waterslotkamer :Zorg ervoor dat de waterslotkamer correct functioneert en een goede zuigkracht behoudt.
Continue drainage :Zorg voor een continue drainage om te voorkomen dat vocht zich ophoopt in de pleuraholte.
Afwatering monitoren :Controleer regelmatig de hoeveelheid, het karakter en de kleur van de thoraxdrainage.
Dagelijkse kledingwissels :Voer dagelijks steriele verbandwissels uit om infectie te voorkomen.
Beoordeel de ademhalingsstatus :Beoordeel regelmatig de ademhalingsstatus van de patiënt, inclusief ademhalingsfrequentie, zuurstofsaturatie en ademgeluiden.
Let op complicaties :Wees waakzaam bij het controleren op mogelijke complicaties zoals luchtlekken, verstopping van de slangen of infecties.
Patiënteneducatie :Informeer de patiënt en zijn/haar familie over het beheer van de thoraxdrainage en het belang van goede zorg.
Samenwerkende zorg :Werk nauw samen met het medische team, inclusief artsen, verpleegkundigen en ademhalingstherapeuten, om te zorgen voor alomvattend en effectief thoraxslangbeheer.
Door deze tips te volgen en zich te houden aan op bewijs gebaseerde praktijken kunnen zorgverleners het beheer van de thoraxslangen optimaliseren, de resultaten voor de patiënt verbeteren en het risico op complicaties verminderen.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win