Hier is een vereenvoudigde uitleg van hoe bestralingstherapie werkt:
1. Ioniserende straling :Bij radiotherapie wordt gebruik gemaakt van ioniserende straling, wat betekent dat deze voldoende energie heeft om elektronen uit atomen en moleculen te verwijderen. Wanneer dit gebeurt, ontstaan er geladen deeltjes die ionen worden genoemd.
2. DNA-schade :Wanneer ioniserende straling interageert met DNA, kan dit breuken in de DNA-strengen veroorzaken. Deze breuken kunnen worden gerepareerd door de natuurlijke DNA-reparatiemechanismen van de cel. Als de schade echter te groot is of als de cel de schade niet kan herstellen, kan de cel afsterven.
3. Celdood :Radiotherapie werkt voornamelijk door celdood te veroorzaken. Wanneer stralingsschade kritieke delen van de cel aantast, zoals de kern, kan de cel mogelijk niet overleven en zal hij uiteindelijk afsterven. Dit type celdood wordt apoptose of geprogrammeerde celdood genoemd.
4. Voorkomen van celdeling :Straling kan ook voorkomen dat kankercellen zich delen. Cellen reproduceren door zich te delen in twee identieke dochtercellen. Als straling het DNA van de cel beschadigt op een manier die de celdeling beïnvloedt, kan de cel zich mogelijk niet goed delen en zal deze uiteindelijk afsterven.
5. Kankercellen targeten :Bestralingstherapie heeft tot doel hoge doses straling aan kankercellen af te geven en tegelijkertijd de schade aan gezonde cellen te minimaliseren. Om dit te bereiken worden stralingsbundels zorgvuldig gevormd en op de tumorplaats gericht met behulp van moderne bestralingstherapietechnieken zoals 3D conforme bestralingstherapie (3D-CRT), intensiteitsgemoduleerde bestralingstherapie (IMRT) en volumetrisch gemoduleerde boogtherapie (VMAT).
6. Behandelingscursus :Radiotherapie wordt doorgaans gegeven in meerdere sessies over een periode van meerdere weken. Door de totale dosis in kleinere fracties te verdelen, hebben gezonde cellen de tijd om te herstellen en te herstellen, waardoor het risico op bijwerkingen wordt verminderd. Het specifieke behandelplan, inclusief de stralingsdosis, het aantal sessies en andere details, wordt bepaald door het type kanker, de tumorlocatie en individuele patiëntfactoren.
7. Gevoeligheid voor straling :Verschillende soorten kankercellen en gezonde cellen hebben een variërende gevoeligheid voor straling. Sommige kankercellen zijn radiogevoeliger, wat betekent dat ze gemakkelijker door straling worden beschadigd, terwijl andere radiobestendiger zijn. De effectiviteit van bestralingstherapie hangt af van de radiogevoeligheid van de kankercellen.
Het is belangrijk op te merken dat bestralingstherapie zorgvuldig moet worden gepland en uitgevoerd door gekwalificeerde radiotherapeuten en medisch fysici om nauwkeurigheid, effectiviteit en veiligheid tijdens de behandeling te garanderen.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win