1. Lymfatische pomp :Het lymfestelsel is uitgerust met gespecialiseerde lymfevaten die eenrichtingskleppen bevatten. Deze kleppen voorkomen terugstroming en vergemakkelijken de unidirectionele stroom van lymfe van de weefsels naar het centrale veneuze systeem. De samentrekking en ontspanning van de lymfevaten, aangedreven door de omliggende skeletspierbewegingen en lokale weefseldruk, stuwen de lymfe voort.
2. Skeletspierpomp :Samentrekkingen van skeletspieren tijdens fysieke activiteit of beweging comprimeren de lymfevaten, wat helpt bij de beweging van de lymfe. Terwijl de spieren samentrekken, drukken ze de omliggende lymfevaten samen, waardoor de druk toeneemt en de lymfe door de kleppen naar de centrale bloedsomloop wordt geduwd.
3. Beademingspomp :De ritmische bewegingen van de ademhaling veroorzaken veranderingen in de intrathoracale druk. Tijdens het inademen zet de borstholte uit, waardoor een negatieve druk ontstaat die lymfe vanuit de omliggende weefsels naar het borstkanaal trekt. Omgekeerd neemt tijdens het uitademen de thoracale druk toe, waardoor de lymfe-aandrijving naar de centrale bloedsomloop wordt vergemakkelijkt.
4. Hartpomp :De pulsaties van het hart dragen ook bij aan de lymfeterugvoer. De ritmische samentrekkingen van het hart genereren drukveranderingen in de borstholte, waardoor de beweging van de lymfe wordt beïnvloed. De pompende werking van het hart helpt de lymfe door het thoracale kanaal naar de bloedbaan te stuwen.
5. Intrinsieke pompmechanismen :De lymfevaten zelf beschikken over intrinsieke pompmechanismen. De lymfatische endotheelcellen vertonen spontane samentrekkingen, die helpen de lymfe vooruit te stuwen. Bovendien bevatten de lymfatische verzamelvaten gladde spiercellen die actief kunnen samentrekken, waardoor de lymfestroom wordt verbeterd.
6. Massage en externe druk :Externe compressie of massage toegepast op het lichaam kan helpen bij de lymfebeweging. Massagetechnieken, zoals lymfedrainagemassage, stimuleren de lymfevaten en bevorderen de lymfeterugkeer.
De goede werking van deze mechanismen is cruciaal voor het in stand houden van de lymfestroom, het voorkomen van weefseloedeem en het ondersteunen van immuunfuncties. Elke verslechtering of verstoring van deze mechanismen kan leiden tot lymfatische congestie en verschillende lymfatische stoornissen.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win