1. Lobben:De longen zijn verdeeld in lobben. Bij mensen heeft de rechterlong drie lobben (bovenste, middelste en onderste), terwijl de linkerlong twee lobben heeft (bovenste en onderste). Elke lob wordt door bindweefsel verder in kleinere segmenten verdeeld.
2. Pleura:De longen zijn bedekt met een dun, dubbellaags membraan dat het borstvlies wordt genoemd. De binnenste laag (viscerale pleura) hecht nauw aan het longoppervlak, terwijl de buitenste laag (pariëtale pleura) de borstholte bekleedt. De pleurale ruimte tussen deze lagen bevat een kleine hoeveelheid vloeistof die ervoor zorgt dat de longen soepel kunnen uitzetten en inklappen tijdens het ademen.
3. Luchtwegsysteem:De luchtpijp (luchtpijp) vertakt zich in twee primaire bronchiën, één die naar elke long leidt. In de longen verdelen de bronchiën zich in steeds kleinere vertakkingen, de secundaire bronchiën, tertiaire bronchiën en bronchiolen. Deze luchtwegen vormen de bronchiale boom en transporteren lucht van en naar de longblaasjes.
4. Alveoli:Alveoli zijn kleine, zakachtige structuren die de kleinste luchtzakjes in de longen bekleden. Ze vormen de functionele ademhalingseenheden waar gasuitwisseling plaatsvindt. De longblaasjes hebben een groot oppervlak en zijn dicht opeengepakt met haarvaten, kleine bloedvaten die de uitwisseling van zuurstof en kooldioxide tussen de lucht en de bloedbaan mogelijk maken.
5. Bloedtoevoer:De longen ontvangen zuurstofarm bloed van het hart via de longslagaders. In de longen vertakken de longslagaders zich in kleinere arteriolen en haarvaten, die de longblaasjes omringen. Zuurstof uit de ingeademde lucht diffundeert door de dunne wanden van de longblaasjes en haarvaten, terwijl koolstofdioxide in de tegenovergestelde richting naar de luchtzakjes beweegt om te worden uitgeademd. Zuurstofrijk bloed stroomt vervolgens via de longaders terug naar het hart.
6. Lymfatisch systeem:De longen hebben ook een netwerk van lymfevaten die bijdragen aan het immuunsysteem. Ze helpen bij het filteren en verwijderen van vreemde deeltjes, bacteriën en celresten uit het longweefsel.
7. Kleur:Gezonde longen zien er doorgaans roze of rozegrijs uit. Tijdens het verouderingsproces kan enige verdonkering en pigmentatie optreden als gevolg van de ophoping van stof, verontreinigende stoffen en sigarettenrook.
Het is vermeldenswaard dat individuele longen in grootte, vorm en uiterlijk kunnen variëren als gevolg van factoren zoals leeftijd, onderliggende gezondheidsproblemen en lichaamsbouw.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win