Mobiel niveau: Nierkanker begint in de cellen van de nier, met name in de cellen die de tubuli bekleden (kleine buisjes die afvalproducten uit het bloed filteren). Deze cellen kunnen mutaties ondergaan die ervoor zorgen dat ze ongecontroleerd groeien en delen, waardoor een tumor ontstaat.
Weefselniveau: Naarmate de kankercellen groeien en zich vermenigvuldigen, kunnen ze de normale structuur en functie van het nierweefsel verstoren. De tumor kan het omliggende gezonde weefsel binnendringen en beschadigen, inclusief de tubuli, bloedvaten en zenuwen.
Orgelniveau: De aanwezigheid van een tumor in de nier kan de algehele functie van het orgaan beïnvloeden. De tumor kan de urinestroom belemmeren, wat leidt tot hydronefrose (zwelling van de nier als gevolg van ophoping van urine) en een verminderde nierfunctie. Het kan ook het vermogen van de nieren beïnvloeden om afvalproducten te filteren en de bloeddruk te reguleren.
Systeemniveau: Nierkanker kan systemische effecten op het lichaam hebben. Vergevorderde nierkanker kan zich bijvoorbeeld verspreiden naar andere organen en weefsels, een proces dat bekend staat als metastase. Veel voorkomende plaatsen van metastase zijn de longen, lever, botten en lymfeklieren. De verspreiding van kanker naar andere organen kan een verscheidenheid aan symptomen en complicaties veroorzaken, afhankelijk van de aangetaste organen.
Organismeniveau: Nierkanker kan een aanzienlijke impact hebben op de algehele gezondheid en het welzijn van een individu. De ziekte kan een reeks symptomen veroorzaken, waaronder pijn, vermoeidheid, gewichtsverlies en bloedarmoede. Het kan ook leiden tot complicaties zoals nierfalen, hoge bloeddruk en een verhoogd risico op het ontwikkelen van andere vormen van kanker. Deze effecten kunnen de kwaliteit van leven en het vermogen van een persoon om dagelijkse activiteiten uit te voeren aanzienlijk beïnvloeden.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win