Rode bloedcellen (erytrocyten) circuleren via de bloedvaten door het hele menselijk lichaam. Ze zijn het meest voorkomende type bloedcellen, goed voor ongeveer 45% van het totale bloedvolume. Rode bloedcellen worden geproduceerd in het beenmerg, een zacht, gelatineus weefsel dat zich in de botten bevindt. Het beenmerg produceert voortdurend nieuwe rode bloedcellen ter vervanging van de versleten rode bloedcellen.

In de bloedvaten transporteren rode bloedcellen zuurstof van de longen naar alle weefsels en organen in het lichaam. Ze transporteren ook kooldioxide, een afvalproduct van de stofwisseling, terug naar de longen om uit te ademen. Rode bloedcellen zitten vol met een eiwit genaamd hemoglobine, dat zich bindt aan zuurstof en koolstofdioxide, waardoor ze door het lichaam kunnen worden getransporteerd.

De levensduur van een rode bloedcel is ongeveer 120 dagen. Na deze tijd worden oude rode bloedcellen door de milt en lever uit de bloedbaan verwijderd en afgebroken tot hun componenten, die vervolgens kunnen worden gerecycled.