De behuizing van het beademingsapparaat is doorgaans gemaakt van plastic of metaal en is ontworpen om lichtgewicht en draagbaar te zijn. Het heeft een bedieningspaneel aan de voorzijde waarmee zorgverleners de instellingen van het beademingsapparaat kunnen instellen, zoals de ademhalingssnelheid, het ademvolume (de hoeveelheid lucht die bij elke ademhaling wordt afgegeven) en de inspiratoire en expiratoire druk.
De behuizing van het beademingsapparaat bevat ook de luchtcompressor, die de perslucht genereert die wordt gebruikt om beademingen aan de patiënt toe te dienen. De compressor is aangesloten op een luchtbevochtiger, die vocht aan de lucht toevoegt om te voorkomen dat de luchtwegen van de patiënt uitdrogen.
In de behuizing van het beademingsapparaat bevindt zich ook het uitademventiel, waardoor de patiënt lucht kan uitademen. Het uitademventiel is verbonden met een filter, dat eventuele waterdruppels of andere deeltjes uit de uitgeademde lucht verwijdert voordat deze in de omgeving terechtkomt.
Beademingsapparaten kunnen ook worden uitgerust met een verscheidenheid aan alarmen, zoals alarmen die klinken als de ademhalingsfrequentie of het zuurstofverzadigingsniveau van de patiënt onder een bepaalde drempel daalt.
Het algehele uiterlijk van een beademingsapparaat kan variëren afhankelijk van het specifieke model en de fabrikant, maar ze delen allemaal de hierboven beschreven basiscomponenten.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win