De drie belangrijkste suikers in bananen zijn sucrose, glucose en fructose. Sucrose is de belangrijkste suiker in bananen en vormt ongeveer 60% van het totale suikergehalte. Glucose en fructose zijn elk goed voor ongeveer 20% van het totale suikergehalte. Naast deze drie hoofdsuikers bevatten bananen ook sporen van andere suikers, zoals maltose en galactose.