Gezondheid en ziekte gezondheid logo
diabetische Diëten

Waarom zou insuline een hoge suikerwaarde niet verlagen?

Verschillende factoren kunnen voorkomen dat insuline een hoge suikerwaarde effectief verlaagt:

Insulineresistentie: Insulineresistentie treedt op wanneer de lichaamscellen minder reageren op de effecten van insuline. In deze toestand is het mogelijk dat zelfs normale hoeveelheden insuline niet in staat zijn om glucose uit het bloed effectief naar de cellen te transporteren. Als gevolg hiervan blijft de bloedsuikerspiegel hoog, ondanks de toediening van insuline.

Ontoereikende insulinedosis: Als de toegediende dosis insuline onvoldoende is, is het mogelijk niet voldoende om de insulineresistentie of de verhoogde bloedsuikerspiegel te overwinnen. Dit kan gebeuren als de initiële insulinedosis niet goed wordt berekend op basis van de insulinegevoeligheid van het individu en de ernst van de hyperglykemie.

Slechte insulineabsorptie: Factoren die de absorptie van insuline vanaf de injectieplaats beïnvloeden, kunnen ook de effectiviteit ervan beïnvloeden. Deze factoren kunnen onder meer littekenweefsel op de injectieplaats, een onjuiste injectietechniek of een onjuiste opslag van insuline zijn. In dergelijke gevallen wordt de insuline mogelijk niet volledig geabsorbeerd, wat tot een verminderde werkzaamheid leidt.

Hepatische insulineklaring: De lever speelt een rol bij het opruimen van insuline uit de bloedbaan. Bij bepaalde aandoeningen, zoals een leverziekte of hoge concentraties van bepaalde hormonen (bijvoorbeeld groeihormoon), kan het vermogen van de lever om insuline uit de bloedsomloop te verwijderen toenemen. Dit kan resulteren in een kortere duur van de insulinewerking, wat leidt tot een minder effectieve controle van de bloedsuikerspiegel.

Andere hormonale invloeden: Bepaalde hormonen, waaronder adrenaline en cortisol, kunnen de bloedsuikerspiegel verhogen. In situaties waarin deze hormonen verhoogd zijn (bijvoorbeeld tijdens stress, intensieve inspanning of ziekte), kan insuline minder effectief zijn bij het verlagen van de bloedsuikerspiegel.

Pancreatitis: Ontsteking van de alvleesklier (pancreatitis) kan de productie en uitscheiding van insuline beïnvloeden. Als de insulineproductie aanzienlijk verminderd of afwezig is, kan exogene insuline nodig zijn om een ​​hoge bloedsuikerspiegel effectief te beheersen.

Fouten bij de insulinetoediening: Onjuiste opslag, menging of toediening van insuline kan de potentie en effectiviteit ervan beïnvloeden. Factoren zoals het gebruik van verlopen insuline, het blootstellen aan extreme temperaturen of het mengen van verschillende soorten insuline kunnen tot een verminderde insulineactiviteit leiden.

Als ondanks insulinetoediening een hoge suikerwaarde aanhoudt, is het belangrijk om een ​​zorgverlener te raadplegen om de onderliggende factoren te beoordelen en het insulineregime of behandelplan indien nodig aan te passen om een ​​effectieve controle van de bloedsuikerspiegel te bereiken.

Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win