Er zijn twee hoofdtypen supergeleidende magneten die in MRI-machines worden gebruikt:
1. Resistieve magneten: Deze magneten zijn gemaakt van een geleidend materiaal, meestal een metaallegering, dat een afname van de elektrische weerstand vertoont naarmate de temperatuur daalt. Wanneer het materiaal wordt afgekoeld tot extreem lage temperaturen, meestal dichtbij het absolute nulpunt (-273,15 graden Celsius), ondergaat het een overgang naar een supergeleidende toestand, waardoor elektrische stroom zonder weerstand kan worden doorgelaten. Resistieve magneten worden vaak gebruikt in MRI-systemen met een laag veld, zoals systemen die werken op 0,5 Tesla (T) of minder.
2. Supergeleidende magneten: Deze magneten maken gebruik van materialen die supergeleiding vertonen bij hogere temperaturen, doorgaans boven -268 graden Celsius. Deze materialen, vaak hogetemperatuursupergeleiders (HTS) genoemd, hebben het voordeel dat ze minder koelvermogen nodig hebben en bij hogere magnetische veldsterktes werken. HTS-magneten worden gebruikt in MRI-systemen met een hoog veld, variërend van 1,5 T tot 7 T en hoger.
Het type magneet dat in een MRI-machine wordt gebruikt, hangt af van de gewenste magnetische veldsterkte en de specifieke eisen van de beeldtoepassing. Hogere veldsterktes zorgen voor een betere beeldresolutie en gevoeligheid, maar vereisen ook meer geavanceerde magneettechnologie en brengen bepaalde uitdagingen met zich mee, zoals een verhoogde gevoeligheid voor magnetische interferentie en overwegingen met betrekking tot patiëntveiligheid.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win