1. Magnetisch veld: Een krachtige magneet genereert een sterk magnetisch veld in de MRI-scanner. Dit magnetische veld zorgt ervoor dat de protonen in de watermoleculen van het lichaam op één lijn komen met het magnetische veld.
2. Radiofrequentie (RF)-pulsen: Korte uitbarstingen van radiofrequentie (RF) golven worden vervolgens vanuit de MRI-scanner in het lichaam uitgezonden. Deze RF-pulsen verstoren de uitlijning van de protonen, waardoor ze "omdraaien" en zich tegen het magnetische veld richten.
3. Signaalontvangst: Nadat de RF-pulsen zijn uitgeschakeld, richten de protonen zich opnieuw op het magnetische veld en geven ze energie vrij in de vorm van radiofrequentiesignalen. Deze signalen worden opgevangen door de MRI-scanner.
4. Computerverwerking: De ontvangen signalen worden verwerkt door een computer, die ze omzet in 3D-beelden die de verschillen in protonendichtheid en relaxatietijden in het lichaam laten zien.
5. Contrastmiddelen: Om de zichtbaarheid van bepaalde weefsels of bloedvaten te vergroten, kunnen contrastmiddelen in het lichaam worden geïnjecteerd. Deze contrastmiddelen veranderen de magnetische eigenschappen van weefsels, waardoor ze helderder of donkerder lijken op de MRI-beelden.
Samenvattend maakt MRI gebruik van magnetische velden en radiofrequentiegolven om gedetailleerde dwarsdoorsnedebeelden van het lichaam te genereren, waardoor artsen een breed scala aan medische aandoeningen kunnen diagnosticeren en monitoren.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win