Antibiotica zijn medicijnen die bacteriën doden of de groei ervan remmen. Ze worden gebruikt om bacteriële infecties te behandelen. Antibiotica worden geclassificeerd op basis van hun chemische structuur en hun werkingsmechanisme.

Veel voorkomende antibiotica zijn onder meer:

* Penicillines zijn de oudste klasse antibiotica. Ze werken door de synthese van de bacteriële celwand te remmen. Penicilline is effectief tegen een breed scala aan bacteriën, waaronder Streptococcus pneumoniae, Staphylococcus aureus en Neisseria gonorroe.

* Cefalosporines lijken op penicillines, maar zijn resistenter tegen bètalactamasen, enzymen die penicillines kunnen afbreken. Cefalosporines zijn ook effectief tegen een breed scala aan bacteriën, waaronder Escherichia coli, Klebsiella pneumoniae en Haemophilus influenzae.

* Macroliden zijn antibiotica die de eiwitsynthese in bacteriën remmen. Ze zijn effectief tegen een verscheidenheid aan bacteriën, waaronder Streptococcus pneumoniae, Mycoplasma pneumoniae en Chlamydia pneumoniae.

* Tetracyclines zijn antibiotica die de eiwitsynthese in bacteriën remmen. Ze zijn effectief tegen een verscheidenheid aan bacteriën, waaronder Escherichia coli, Klebsiella pneumoniae en Mycoplasma pneumoniae.

* Aminoglycosiden zijn antibiotica die het bacteriële celmembraan beschadigen. Ze zijn effectief tegen een verscheidenheid aan bacteriën, waaronder Pseudomonas aeruginosa, Escherichia coli en Klebsiella pneumoniae.

* Quinolonen zijn antibiotica die de synthese van DNA in bacteriën remmen. Ze zijn effectief tegen een verscheidenheid aan bacteriën, waaronder Escherichia coli, Klebsiella pneumoniae en Mycobacterium tuberculosis.

Antibiotica zijn krachtige medicijnen die kunnen worden gebruikt om verschillende bacteriële infecties te behandelen. Ze kunnen echter ook bijwerkingen veroorzaken, waaronder misselijkheid, braken, diarree en huiduitslag. Het is belangrijk om alleen antibiotica te gebruiken als deze door een arts zijn voorgeschreven.