Kanishka (of Kanishka de Grote; in het Sanskriet:कनिष्क; in Kharoṣṭhī:) was de eerste grote heerser van de Kushan-dynastie. Hij was een koning der koningen en Kushanshah (shahanshah) die zijn vader Vima Takto ergens rond 127 CE opvolgde, en regeerde tot aan zijn dood rond 150 CE. Hij was de eerste Kushan-koning die het boeddhisme omarmde, en staat bekend om zijn religieuze en politieke prestaties, en ook als een groot beschermheer van de kunsten. Door middel van een reeks militaire campagnes breidde hij de macht van Kushan tot het uiterste uit. Hij betuttelde het boeddhisme en hield het vierde boeddhistische concilie in Jalandhar. Hij was een tijdgenoot van de Romeinse keizer Trajanus.
De naam "Kanishka" zelf is een verkleinwoord van het Saka-woord Kanishka, wat "geliefde heerser" betekent (kaniṣka 'jeugd, geliefd', gerelateerd aan het Sanskriet kaniṣṭha 'jonger').