Aderlating: Aderlating was een gangbare praktijk in de middeleeuwse geneeskunde, gebaseerd op de overtuiging dat een teveel aan bloed ziekte kon veroorzaken. Bloed werd uit een ader gehaald, meestal in de arm, met behulp van een lancet of een bloedzuiger.
Bloedzuigers: Bloedzuigers werden gebruikt om bloed uit het lichaam te zuigen, vaak in combinatie met aderlating. Ze werden op de huid aangebracht en mochten zich voeden totdat ze eraf vielen.
Cauterisatie: Bij cauterisatie werd de huid verbrand met een heet strijkijzer of een ander instrument om het bloeden te stoppen, wonden te dichten of ziek weefsel te verwijderen.
Trephinatie: Trephinatie was een chirurgische ingreep waarbij een gat in de schedel werd geboord om de druk op de hersenen te verlichten. Het werd uitgevoerd om hoofdletsel, epilepsie en andere neurologische aandoeningen te behandelen.
Pessaria: Pessaria waren apparaten die in de vagina werden ingebracht om aandoeningen zoals baarmoederverzakking, incontinentie en onvruchtbaarheid te behandelen. Ze waren vaak gemaakt van hout, metaal of was.
Chirurgische instrumenten: Middeleeuwse chirurgen gebruikten een verscheidenheid aan instrumenten voor operaties, waaronder scalpels, tangen, zagen en naalden. Deze instrumenten waren vaak ruw en misten de precisie van moderne chirurgische instrumenten.
Kruidengeneesmiddelen: Kruidengeneeskunde was een belangrijk onderdeel van de middeleeuwse geneeskunde, waarbij veel planten werden gebruikt om verschillende ziekten te behandelen. Veel voorkomende kruiden waren kamille, lavendel, rozemarijn en tijm.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win