Gezondheid en ziekte gezondheid logo
Energy Healing

Wat is artrolyse?

Artrolyse is een chirurgische ingreep die tot doel heeft de gewrichtsmobiliteit te verbeteren door het vezelige of littekenweefsel rond het gewricht weg te snijden of te mobiliseren. Deze procedure verlicht de stijfheid of beperkingen in het bewegingsbereik van het aangetaste gewricht. Het kan worden uitgevoerd op verschillende gewrichten in het lichaam, zoals de knie, heup, elleboog, schouder of enkel.

Indicaties:

1. Gewrichtsstijfheid: Artrolyse wordt vaak overwogen voor personen die aanhoudende stijfheid of beperkte mobiliteit in een gewricht ervaren als gevolg van aandoeningen zoals artrose, posttraumatische stijfheid of andere gewrichtsaandoeningen die de gewrichtsbeweging beperken.

2. Posttraumatische stijfheid: Artrolyse kan nodig zijn om stijfheid en contracturen als gevolg van verwondingen of trauma te corrigeren.

3. Gewrichtscontractuur: Wanneer een gewricht in een gebogen positie vastzit als gevolg van littekenweefsel of abnormale contractuur van zacht weefsel, kan artrolyse helpen de betrokken weefsels los te maken en te verplaatsen om de mobiliteit te herstellen.

4. Mislukte gewrichtsvervanging: Artrolyse kan worden uitgevoerd bij een revisiegewrichtsvervangende operatie om littekenweefsel los te maken en de werking van het vervangen gewricht te verbeteren.

Procedure:

1. Anesthesie: Artrolyse kan worden uitgevoerd onder algemene of regionale anesthesie, afhankelijk van de voorkeur van de chirurg en de toestand van de patiënt.

2. Incisie: De chirurg maakt een incisie over het aangetaste gewricht, waardoor toegang tot het littekenweefsel mogelijk wordt of de adhesie de beweging beperkt.

3. Littekenweefsel verwijderen: De chirurg snijdt zorgvuldig het fibreuze littekenweefsel rondom het gewricht weg of laat het los. Dit kan gepaard gaan met schrapen, snijden of het gebruik van gespecialiseerde chirurgische instrumenten.

4. Gezamenlijke mobilisatie: Zodra het littekenweefsel is verwijderd, manipuleert de chirurg het gewricht voorzichtig om de flexibiliteit ervan te verbeteren. Dit deel van de procedure helpt ook de vorming van nieuw littekenweefsel te voorkomen.

5. Sluiting: Nadat voldoende gewrichtsmobilisatie is bereikt, wordt de operatiewond gesloten met resorbeerbare of niet-resorbeerbare hechtingen.

Na de operatie kan het nodig zijn dat de patiënt het gewricht gedurende korte tijd met een spalk of gips moet immobiliseren om een ​​goede genezing mogelijk te maken. Dit wordt gevolgd door fysiotherapie onder toezicht om de kracht, het bewegingsbereik en de functie van het aangetaste gewricht te herwinnen.

Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win