Ze worden beschouwd als tumormarkers en de detectie ervan in bloed- of weefselmonsters van patiënten kan helpen bij de diagnose, monitoring en prognose van bepaalde soorten kanker.
Voorbeelden van oncofoetale antigenen zijn onder meer:
1) Alfa-foetoproteïne (AFP) :Dit is een oncofoetaal antigeen geassocieerd met leverkanker. Verhoogde niveaus van AFP in het bloed kunnen wijzen op leverkanker, vooral hepatocellulair carcinoom.
2) Human choriongonadotrofine (hCG) :Dit is een oncofoetaal antigeen dat geassocieerd is met bepaalde soorten kiemceltumoren, zoals zaadbalkanker en choriocarcinoom. Hoge niveaus van hCG in het bloed of de urine kunnen een marker zijn voor dit soort tumoren.
3) Carcino-embryonaal antigeen (CEA) :CEA is een oncofoetaal antigeen geassocieerd met verschillende soorten kanker, waaronder colorectale kanker, longkanker en borstkanker. Verhoogde CEA-niveaus kunnen wijzen op de aanwezigheid van deze vormen van kanker.
4) Neuronspecifieke enolase (NSE) :NSE is een oncofoetaal antigeen geassocieerd met neuroblastoom, een vorm van kanker bij kinderen die begint in de zenuwcellen van het sympathische zenuwstelsel. Hoge niveaus van NSE in het bloed of het hersenvocht kunnen een marker zijn voor neuroblastoom.
Het is belangrijk op te merken dat de aanwezigheid van oncofoetale antigenen alleen niet noodzakelijkerwijs betekent dat iemand kanker heeft. Andere diagnostische tests en onderzoeken zijn noodzakelijk voor een definitieve diagnose en om de juiste behandelingskuur te bepalen.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win