1. Transport van zuurstof :Bloed transporteert zuurstof van de longen naar de rest van de weefsels en cellen van het lichaam. Zuurstofmoleculen binden zich aan hemoglobine, een zuurstofdragend eiwit dat aanwezig is in rode bloedcellen. Aan hemoglobine gebonden zuurstof wordt vervolgens door de bloedbaan naar verschillende weefsels getransporteerd, waardoor er voldoende zuurstoftoevoer is voor het cellulaire metabolisme.
2. Transport van kooldioxide :Bloed speelt ook een cruciale rol bij het verwijderen van koolstofdioxide, een afvalproduct van cellulaire ademhaling, uit het lichaam. Koolstofdioxidemoleculen die in weefsels worden geproduceerd, diffunderen in de bloedbaan en binden zich aan hemoglobine. Dit proces staat bekend als de vorming van carbaminohemoglobine. Bovendien wordt een deel van de koolstofdioxide in de vorm van bicarbonaationen (HCO3-) in het bloedplasma getransporteerd.
3. Regulering van de pH :Bloed helpt bij het handhaven van het zuur-base-evenwicht van het lichaam, vooral tijdens respiratoire acidose of alkalose. Wanneer er een teveel aan koolstofdioxide in het bloed aanwezig is (respiratoire acidose), reageert het met water om koolzuur (H2CO3) te vormen, wat leidt tot een verlaging van de pH van het bloed. Omgekeerd verhoogt het verlies van kooldioxide uit het bloed bij respiratoire alkalose de pH van het bloed. Bloedbuffers, zoals bicarbonaat- en fosfaationen, spelen een rol bij het minimaliseren van deze pH-veranderingen.
4. Buffercapaciteit :Bloed bevat verschillende buffersystemen die helpen de stabiliteit van de pH te behouden. Deze buffers, waaronder bicarbonaat-, fosfaat- en eiwitbuffers, kunnen zuren of basen neutraliseren, waardoor drastische veranderingen in de pH van het bloed worden voorkomen die de cellulaire functies zouden kunnen verstoren.
5. Transport van ademhalingsgassen :Bloed vergemakkelijkt het algehele transport van ademhalingsgassen, waaronder zuurstof, kooldioxide en stikstof. Deze gassen worden in verschillende vormen en concentraties vervoerd, afhankelijk van hun partiële druk en moleculaire interacties in de bloedbaan.
Over het algemeen omvatten de functies van bloed bij de ademhaling het transporteren van zuurstof naar weefsels, het verwijderen van koolstofdioxide, het handhaven van de pH-balans en het zorgen voor een efficiënte uitwisseling van ademhalingsgassen in het lichaam. Deze functies zijn van vitaal belang voor het ondersteunen van de cellulaire ademhaling, energieproductie en algehele homeostase.
Als het hart het bloed sneller rondpompt, ademen we ook sneller, waarom?
Is 28 ademhalingen per minuut normaal of is dit 70 tot 80 minuten?
Hoeveel lucht zullen uw longen tijdens uw leven ongeveer inademen?
Waarom vernauwt uw keel en belemmert u de ademhaling als u bepaalde sporen van voedsel inademt?
Hoe wordt de ademhalingsfrequentie binnen normale grenzen gehouden?
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win