1. Reddingsbeademingen (kunstmatige ventilatie):
Er wordt beademd als een persoon niet ademt of ademnood ervaart. Bij reddingsbeademingen wordt fysiek lucht in de longen van de persoon ingeademd.
- Bewusteloos en niet ademend: Als een persoon niet reageert en niet normaal ademt, moet u beademingen toedienen om de ventilatie te vergemakkelijken. Dit houdt in dat je zijn neus dichtknijpt, zijn mond volledig met die van jou afsluit en lucht in zijn longen ademt.
2. Cardio-pulmonale reanimatie (CPR):
CPR combineert borstcompressies en beademingen om de bloedcirculatie en zuurstofstroom te herstellen in geval van een hartstilstand.
- Bewusteloos met een afwezige pols: Voer reanimatie uit als de persoon bewusteloos is en u langer dan tien seconden geen hartslag in de nek of grote slagader kunt waarnemen. Bij reanimatiecycli wordt afwisselend borstcompressies (30 compressies) en beademingen (2 ademhalingen) uitgevoerd om de bloedstroom en de zuurstoftoediening te vergemakkelijken.
Houd er rekening mee dat het bepalen of iemand beademingen of reanimatie nodig heeft, de juiste training en beoordelingsvaardigheden vereist. Het is van cruciaal belang dat u een reanimatie- en AED-training (Automatische Externe Defibrillator) volgt, zodat u levensbedreigende noodsituaties nauwkeurig kunt identificeren en erop kunt reageren. Zorg altijd voor uw veiligheid en gebruik universele voorzorgsmaatregelen bij het verlenen van eerste hulp.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win