1. Verzamel de juiste benodigdheden:
- Poetslappen of doekjes (gemaakt van verschillende stoffen zoals katoen, microvezel of wegwerpdoekjes)
- Oppervlakspecifiek reinigingsproduct (bijvoorbeeld allesreiniger, glasreiniger, desinfectiemiddel)
- Zuiveringszout en azijn (optioneel voor natuurlijke reiniging)
- Stoffer en blik
- Emmer
- Stofzuiger (voor vloeren en oppervlakken)
- Schrobborstel (voor hardnekkigere vlekken)
- Handschoenen voor handbescherming
2. Bereid het gebied voor:
- Verwijder alle rommel of obstakels die het schoonmaken kunnen belemmeren.
- Bescherm waardevolle of kwetsbare voorwerpen die gevoelig kunnen zijn voor schoonmaakproducten of vloeistoffen.
3. Afstoffen:
- Gebruik een zachte doek of een stofdoek om stof van meubels, planken, muren en andere oppervlakken te verwijderen.
- Begin bovenaan de kamer en werk naar beneden.
4. Oppervlakken reinigen:
- Spuit of breng het juiste reinigingsproduct op de doek aan.
- Veeg oppervlakken af, beginnend vanaf de bovenkant en naar beneden toe.
- Besteed aandacht aan vaak aangeraakte oppervlakken, zoals deurknoppen, lichtschakelaars en werkbladen.
5. Glas reinigen:
- Gebruik een speciale glasreiniger of een mengsel van azijn en water.
- Op het glasoppervlak spuiten en vervolgens schoonvegen met een microvezeldoek.
- Vermijd het gebruik van papieren handdoeken, omdat deze pluisjes kunnen achterlaten.
6. Vloeren reinigen:
- Stofzuig tapijten en vloerkleden om vuil en puin te verwijderen.
- Gebruik voor harde vloeren een vochtige dweil met een allesreiniger of een specifieke vloerreiniger.
- Vermijd het gebruik van te veel water, omdat dit bepaalde vloertypes kan beschadigen.
7. Keuken schoonmaken:
- Maak werkbladen leeg en verwijder alle apparaten of items die daar niet bij horen.
- Veeg oppervlakken af met een allesreiniger, let op de kookplaat, gootsteen en achterwand.
- Reinig de binnen- en buitenkant van uw magnetron, koelkast en oven volgens hun specifieke instructies.
- Plaats de vuile vaat in de vaatwasser of was deze met de hand af.
- Zet het afval buiten en vervang de vuilniszak.
8. De badkamer schoonmaken:
- Verwijder alle items die er niet bij horen.
- Spuit schoonmaakmiddel op de toiletbril, de pot en de tank, schrob en spoel vervolgens door.
- Maak de gootsteen, kranen en werkbladen schoon met een allesreiniger.
- Maak het bad of de douche schoon met een badkamerreiniger en een schrobborstel.
- Vergeet niet de spiegel en de muren schoon te maken.
- Vervang indien nodig het douchegordijn en de badmat.
9. Slaapkamer schoonmaken:
- Maak je bed op en berg kleding en spullen op die er niet bij horen.
- Stof meubels, vensterbanken en oppervlakken af.
- Stofzuig de vloer en het tapijt.
- Vervang indien nodig de lakens en kussenslopen.
10. Laatste hand:
- Open ramen of zet ventilatoren aan om frisse lucht te laten circuleren en schoonmaakgeuren te verwijderen.
- Vervang alle schoonmaakmiddelen die u hebt gebruikt.
- Doe een stapje terug en bewonder uw nieuw schoongemaakte omgeving!
Aanvullende tips:
- Gebruik zoveel mogelijk natuurlijke schoonmaakproducten om het gebruik van agressieve chemicaliën te verminderen.
- Maak regelmatig schoon om de ophoping van stof en vuil te voorkomen.
- Raadpleeg bij lastige vlekken een professionele reiniger of onderzoek de beste reinigingsmethoden voor het specifieke oppervlak.
- Was schoonmaakdoekjes en vodden regelmatig om de verspreiding van bacteriën te voorkomen.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win