Opbrengststress is de spanning waarbij een materiaal plastisch begint te vervormen, wat betekent dat het niet naar zijn oorspronkelijke vorm terugkeert wanneer de spanning wordt verwijderd.

Bewijs stress is de spanning waarbij een materiaal een bepaalde hoeveelheid plastische vervorming vertoont, doorgaans 0,2% rek. Dit is de meest gebruikte maatstaf voor de vloeigrens van een materiaal.

De vloeigrens en proefspanning worden vaak door elkaar gebruikt, maar er is een klein verschil tussen beide. De vloeispanning is het punt waarop het materiaal plastisch begint te vervormen, terwijl de proefspanning het punt is waarop het materiaal een bepaalde hoeveelheid plastisch is vervormd.

Het verschil tussen de vloeispanning en de proefspanning is doorgaans klein en is vaak niet belangrijk in technische toepassingen. Er zijn echter enkele gevallen waarin het verschil belangrijk is. De proefspanning wordt bijvoorbeeld gebruikt om constructies te ontwerpen die niet plastisch mogen vervormen, zoals bruggen en gebouwen.

De vloeispanning en proefspanning kunnen worden bepaald door het uitvoeren van een trekproef op een materiaal. Bij een trekproef wordt een monster van het materiaal uitgerekt totdat het breekt, en wordt de spanning-rekcurve geregistreerd. De vloeispanning is het punt op de spanning-rek-curve waar het materiaal plastisch begint te vervormen, terwijl de proefspanning het punt op de spanning-rek-curve is waar het materiaal een bepaalde hoeveelheid plastisch is vervormd.