1. Genetica
Paniekstoornis komt vaak voor in families, wat duidt op een genetische component, maar de specifieke betrokken genen zijn nog niet geïdentificeerd.
2. Temperament
Mensen die gevoelig zijn voor angst en negatief denken, hebben een grotere kans op het ontwikkelen van een paniekstoornis.
3. Levenservaringen
Traumatische levensgebeurtenissen, zoals kindermishandeling, ongelukken of natuurrampen, kunnen het risico op het ontwikkelen van een paniekstoornis vergroten.
4. Stress
Intensieve stress, zoals baanverlies, echtscheiding of de dood van een dierbare, kan een paniekaanval veroorzaken bij mensen die al risico lopen.
5. Bepaalde medische aandoeningen
Sommige medische aandoeningen, zoals problemen met de schildklier, hartaandoeningen en diabetes, kunnen paniekachtige symptomen veroorzaken.
6. Cafeïne en andere stimulerende middelen
Cafeïne, nicotine en andere stimulerende middelen kunnen bij sommige mensen de angst verergeren en paniekaanvallen veroorzaken.
7. Alcoholontwenning
Mensen die zich terugtrekken uit de alcohol kunnen paniekaanvallen krijgen.
8. Paniekaanvallen zichzelf
De angst voor een nieuwe paniekaanval kan leiden tot een vicieuze cirkel van angst en verwachting, waardoor het risico op toekomstige paniekaanvallen kan toenemen.
Het is belangrijk op te merken dat paniekaanvallen kunnen optreden zonder duidelijke aanleiding, en dat niet iedereen die een paniekaanval ervaart een paniekstoornis zal ontwikkelen.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win