Een werkwoord:
1. _Verlaag de temperatuur van (een vloeistof, gas of andere stof) tot of onder het vriespunt_.
> Voorbeeld:_Als de temperatuur onder nul daalt, zal het water in het meer bevriezen_
2. _Waardoor (iemand) het koud krijgt_.
> Voorbeeld:_De ijzige wind verkilde haar tot op het bot._
3. *(informeel)* Dempen (enthousiasme, opwinding of interesse).
> Voorbeeld:_Het slechte weer bekoelde hun plannen voor een picknick in de buitenlucht_
Een zelfstandig naamwoord:
1. Een gevoel van kou.
> Voorbeeld:_Hij huiverde in de winterkou._
2. _(informeel)* Een staat van ontspanning of kalmte.
> Voorbeeld:_Doe het rustig aan en relax gewoon, er is geen reden tot stress._
3. _(VS, informeel)* Een feest of sociale bijeenkomst.
> Voorbeeld:_Een paar van ons zijn zaterdag bij mij aan het chillen, wil je meekomen?_
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win