1. Blijf kalm:
* Zorg voor een serene en geruststellende houding om emotionele steun te bieden. Jouw kalmte kan een kalmerend effect op hen hebben.
2. Creëer een veilige omgeving:
* Leid de persoon voorzichtig naar een rustige en veilige plek, weg van de bron van angst.
3. Actief luisteren:
* Laat de persoon zijn gevoelens en angsten uiten zonder oordeel. Laat ze hun emoties uiten terwijl jij rustig luistert.
4. Stel gerust en herinner eraan:
* Herinner hen eraan dat deze gevoelens tijdelijk zijn en uiteindelijk zullen verdwijnen. Bied aanmoediging en stel ze gerust dat ze niet alleen zijn.
5. Biedt coping-mechanismen:
* Leid ze voorzichtig door eenvoudige ademhalingstechnieken. Moedig een aantal minuten diep en langzaam in en uit ademen.
6. Oefen Mindfulness:
* Moedig ze aan om hun omgeving via hun zintuigen waar te nemen. Vraag hen om kleuren, geluiden en sensaties om hen heen op te merken.
7. Vermijd druk:
* Probeer niet de situatie snel te ‘repareren’ of hun angsten op te lossen.
8. Communicatie onderhouden:
* Praat voortdurend met hen op een rustgevende toon, bied steun en verzeker hen dat zij de controle hebben.
9. Fysieke geruststelling:
* Bied, met hun toestemming, zachte fysieke herinneringen aan de veiligheid, zoals een aanraking op de hand of schouder.
10. Blijf aanwezig:
* Houd tijdens de aanval een waakzame houding aan totdat deze afneemt.
11. Professionele hulp:
* Moedig hen aan om verdere hulp te zoeken bij professionals zoals angstadviseurs of therapeuten om managementstrategieën voor de lange termijn te ontwikkelen.
12. Opvolging en ondersteuning:
* Controleer ze later om te zien hoe ze zich voelen.
Vergeet niet dat elke persoon paniekaanvallen anders ervaart. Hoewel de ene aanpak voor sommigen kan werken, kan een andere persoon andere strategieën nuttig vinden. Houd rekening met hun voorkeuren en bied ondersteuning wanneer ze die nodig hebben.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win