Antisociale persoonlijkheidsstoornis (ASPD): Individuen met de ASP vertonen een diepgaand patroon van minachting voor en schending van de rechten van anderen. Ze kunnen manipulatief, bedrieglijk, impulsief en agressief zijn.

Narcistische persoonlijkheidsstoornis (NPD): Mensen met NPD hebben een opgeblazen gevoel van eigenbelang, een behoefte aan bewondering en een gebrek aan empathie voor anderen. Ze kunnen arrogant, gerechtigd en uitbuitend zijn.

Psychopathie: Psychopathie is een persoonlijkheidsstoornis die wordt gekenmerkt door een gebrek aan empathie, wroeging en schuldgevoel. Mensen met psychopathie kunnen manipulatief, bedrieglijk en impulsief zijn.

Histrionische persoonlijkheidsstoornis (HPD): Individuen met HPD zijn overdreven dramatisch, emotioneel en aandachtzoekend. Ze kunnen manipulatief en bedrieglijk zijn om de aandacht te trekken.

Borderline-persoonlijkheidsstoornis (BPS): Mensen met een borderline-stoornis hebben een patroon van onstabiele relaties, zelfbeeld en emoties. Ze kunnen impulsief, zelfdestructief en manipulatief zijn.