Een voorlopige diagnose is een tijdelijke diagnose die wordt gesteld wanneer er niet voldoende informatie is om een definitieve diagnose te stellen. Het is gebaseerd op de symptomen van de patiënt, de bevindingen van lichamelijk onderzoek en de resultaten van laboratoriumtests. Een voorlopige diagnose kan worden gewijzigd naarmate er meer informatie beschikbaar komt.
In sommige gevallen kan een voorlopige diagnose worden gesteld als de symptomen van de patiënt niet specifiek zijn voor een bepaalde aandoening. Een patiënt kan bijvoorbeeld buikpijn krijgen, die kan worden veroorzaakt door verschillende aandoeningen, zoals blindedarmontsteking, gastro-enteritis of het prikkelbaredarmsyndroom. In dit geval kan de zorgverlener een voorlopige diagnose van ‘buikpijn’ stellen en verdere tests bestellen om de oorzaak van de pijn vast te stellen.
Een hoofddiagnose is doorgaans specifieker dan een voorlopige diagnose. Als bij de patiënt in het bovenstaande voorbeeld bijvoorbeeld een blindedarmontsteking wordt vastgesteld, is de primaire diagnose 'appendicitis' in plaats van 'buikpijn'.
Zowel de primaire als de voorlopige diagnose zijn belangrijk voor de patiëntenzorg. Een hoofddiagnose helpt de zorgverlener bij het opstellen van een behandelplan. Met een voorlopige diagnose kan de zorgverlener beginnen met de behandeling van de patiënt, terwijl hij wacht tot er meer informatie beschikbaar komt.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win