Wanneer de leeftijd als bijvoeglijk naamwoord vóór een zelfstandig naamwoord wordt gebruikt, is er geen "s". Bijvoorbeeld:"een kind van 5 jaar".
Aan de andere kant, als de leeftijd op zichzelf wordt gebruikt, zonder zelfstandig naamwoord, wordt meestal "s" toegevoegd. Bijvoorbeeld:"De 5-jarigen spelen in de speeltuin."
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win