Kinderen met het syndroom van Down kunnen vaak 's nachts alleen zijn op dezelfde leeftijd als zich normaal ontwikkelende kinderen. Het is echter belangrijk om de mogelijkheden en behoeften van het individuele kind te beoordelen. Enkele factoren waarmee rekening moet worden gehouden, zijn onder meer de mate van onafhankelijkheid van het kind, het veiligheidsbewustzijn en het vermogen om te communiceren en te reageren op noodsituaties. Het is ook belangrijk om rekening te houden met de aard van de overnachting, bijvoorbeeld of het kind alleen in huis zal zijn of bij een vriend of familielid zal verblijven. Over het algemeen is het het beste om voorzichtig te zijn en te wachten tot het kind minstens 12 jaar oud is voordat hij of zij een nacht alleen mag blijven.