Bij de afbraak van alcohol (ethanol) in het lichaam zijn verschillende enzymen betrokken, die voornamelijk in de lever plaatsvinden. Het proces kan als volgt worden samengevat:

1. Alcoholdehydrogenase (ADH): Alcoholdehydrogenase is het primaire enzym dat verantwoordelijk is voor de initiële afbraak van alcohol. Het zet ethanol in de levercellen om in aceetaldehyde. Deze reactie vindt plaats in het cytosol van de levercellen.

2. Aldehydedehydrogenase (ALDH): Acetaldehyde is een giftige stof en moet verder worden gemetaboliseerd om schade aan het lichaam te voorkomen. Aldehydedehydrogenase zet acetaldehyde om in acetaat, een onschadelijke stof die als energie kan worden gebruikt of kan worden uitgescheiden.

3. Cytochroom P450-enzymen (CYP450): Een klein deel van de alcohol wordt ook gemetaboliseerd door het cytochroom P450-enzymsysteem in de lever. Deze enzymen kunnen ethanol direct oxideren tot acetaldehyde of omzetten in andere metabolieten.

4. Catalase: In sommige gevallen kan een kleine hoeveelheid alcohol worden afgebroken door het enzym catalase in de lever. Catalase zet ethanol direct om in water en kooldioxide.

5. Excretie: Zodra alcohol is gemetaboliseerd, worden de bijproducten (acetaat en water) voornamelijk via urine en zweet uit het lichaam uitgescheiden. Een kleine hoeveelheid alcohol kan ook via de adem en het speeksel worden uitgescheiden.

Het is belangrijk op te merken dat de snelheid waarmee alcohol wordt afgebroken en uit het lichaam wordt geëlimineerd, van persoon tot persoon varieert en afhangt van factoren zoals leeftijd, gewicht, geslacht, hoeveelheid geconsumeerde alcohol en leverfunctie.