Het begrip ‘blauw bloed’ onder de elites is een historisch concept dat zijn oorsprong vond in Spanje in de 16e eeuw. Het verwees naar de waargenomen blekere huidskleur en zichtbare blauwachtige aderen van de aristocratische klasse, waarvan zij geloofden dat het een teken was van zuiverheid van afkomst. Deze associatie ontstond vanwege de overtuiging dat de oude Castiliaanse adel hun bloed niet had gemengd met dat van Moren of Joden tijdens de Moorse overheersing van Spanje, en daarom over 'zuiverder' bloed beschikte.
Dit idee is echter niet gebaseerd op enig wetenschappelijk bewijs en is slechts een sociale constructie. De bloedkleur wordt bepaald door de hoeveelheid zuurstof die het vervoert, niet door sociale status of afkomst. Elites hebben niet letterlijk blauw bloed; de uitdrukking wordt figuurlijk gebruikt om hun bevoorrechte sociale status en waargenomen superioriteit aan te duiden.