1. Communicatie :De arts moet effectief en eerlijk communiceren met de familieleden over de toestand, diagnose, behandelingsopties en prognose van de patiënt. Dit omvat het verstrekken van nauwkeurige en begrijpelijke informatie, het luisteren naar hun zorgen en het betrekken van hen bij het besluitvormingsproces.
2. Empathie en mededogen :De arts moet empathie en medeleven tonen tegenover de familieleden die een moeilijke tijd doormaken. Dit betekent dat ze hun emotionele nood begrijpen en steun en troost bieden tijdens uitdagende momenten.
3. Vertrouwelijkheid :De arts moet de privacy en vertrouwelijkheid van de patiënt waarborgen en ervoor zorgen dat gevoelige informatie privé blijft en alleen wordt gedeeld met bevoegde personen.
4. Emotionele steun :Het gezin kan een scala aan emoties ervaren, zoals angst, angst, verdriet of woede. De arts moet ondersteunend, begripvol en niet-oordelend zijn in hun interacties met de familie.
5. Duidelijke uitleg :Medische informatie kan complex zijn, dus de arts moet de tijd nemen om de toestand van de patiënt, de behandelplannen en het medische jargon op een duidelijke en begrijpelijke manier uit te leggen. Dit helpt het gezin om weloverwogen beslissingen te nemen en beter met de situatie om te gaan.
6. Het betrekken van de familie :Afhankelijk van de wensen van de patiënt en de omstandigheden kan de arts familieleden stimuleren om deel te nemen aan het besluitvormingsproces. Dit kan inhouden dat behandelingsopties worden besproken, voorkeuren worden overwogen en culturele of religieuze overtuigingen worden gerespecteerd.
7. Ondersteuning bij verdriet :In gevallen waarin de toestand van de patiënt verslechtert of overlijdt, moet de arts emotionele steun en middelen bieden voor rouwbegeleiding of steungroepen. Dit kan de familie helpen het verlies te verwerken.
8. Vragen beantwoorden :De arts moet beschikbaar zijn om alle vragen van de familie te beantwoorden en duidelijke, eerlijke en tijdige informatie verstrekken om hun zorgen weg te nemen en hun angsten weg te nemen.
9. Coördinatie van zorg :Als specialisten of aanvullende zorgverleners betrokken zijn bij de zorg voor de patiënt, moet de arts hun inspanningen coördineren en ervoor zorgen dat de familie een duidelijk begrip heeft van de multidisciplinaire aanpak.
10. Opvolging en ondersteuning :Na het ontslag van de patiënt uit het ziekenhuis of de behandeling moet de arts informatie verstrekken over de vervolgzorg, revalidatie en eventuele voortdurende ondersteuning die nodig kan zijn.
Door deze verantwoordelijkheden te vervullen, kan de arts uitgebreide zorg bieden die niet alleen gericht is op de medische behoeften van de patiënt, maar ook op het welzijn en de zorgen van zijn/haar familie.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win