Demineralisatie is gewoonlijk het gevolg van verschillende factoren, waaronder:
Zuur eten en drinken: Het veelvuldig consumeren van zure voedingsmiddelen en dranken, zoals suikerhoudende dranken, citrusvruchten of sportdranken, kan het tandglazuur aantasten.
Slechte mondhygiëne: Onvoldoende of onjuist poetsen en flossen kan tandplak en bacteriën op de tanden achterlaten, waardoor zuren ontstaan die tot demineralisatie leiden.
Zure reflux: Chronische zure reflux of gastro-oesofageale refluxziekte (GERD), waardoor maagzuur terug in de mond stroomt, kan demineralisatie van de tanden tot gevolg hebben.
Droge mond: Speeksel helpt zuren in de mond te neutraliseren en demineralisatie te voorkomen, maar bepaalde aandoeningen, zoals het syndroom van Sjögren of bijwerkingen van medicijnen, kunnen leiden tot een droge mond en het risico op mineraalverlies door tanden vergroten.
Medische aandoeningen en medicijnen: Bepaalde medische aandoeningen en medicijnen, zoals boulimie of chemotherapie, kunnen tanden blootstellen aan zure stoffen en bijdragen aan demineralisatie.
Eerste stadia: In de vroege stadia kan demineralisatie zich voordoen als witte of krijtachtige vlekken op het tandoppervlak, een aandoening die bekend staat als 'witte vleklaesies'. Deze vlekken kunnen omkeerbaar zijn met een goede mondhygiëne en preventieve maatregelen.
Geavanceerde fasen: Als het onbehandeld blijft, kan de demineralisatie voortschrijden, waardoor het glazuur zwakker wordt en vatbaarder voor gaatjes. Het kan leiden tot tandbederf, gevoeligheid en verkleuring.
Om demineralisatie te voorkomen en gezonde tanden te behouden, is het essentieel om een goede mondhygiëne toe te passen, de consumptie van zure voedingsmiddelen en dranken te beperken en uw tandarts regelmatig te bezoeken voor preventieve zorg en advies.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win