1. Folliculaire fase: Tijdens de vroege fase van de menstruatiecyclus laten de eierstokken een ei vrij via een proces dat ovulatie wordt genoemd. Dit gebeurt meestal rond dag 14 van een cyclus van 28 dagen, maar kan van persoon tot persoon verschillen.
2. Hormonale veranderingen: Gedurende de menstruatiecyclus fluctueren verschillende hormonen, zoals oestrogeen en progesteron, om de baarmoeder voor te bereiden op mogelijke implantatie van een bevruchte eicel.
3. Verdikking van het baarmoederslijmvlies: Ter voorbereiding op de mogelijkheid van zwangerschap wordt het baarmoederslijmvlies (endometrium) dikker en meer gevasculariseerd onder invloed van oestrogeen.
4. De rol van progesteron: Na de eisprong helpt het hormoon progesteron het verdikte baarmoederslijmvlies in stand te houden en de mogelijke implantatie van een embryo te ondersteunen.
5. Indien geen zwangerschap: Als er geen bevruchting plaatsvindt, of als het geïmplanteerde embryo zich niet ontwikkelt, nemen de niveaus van progesteron en oestrogeen af.
6. Afbraak van het baarmoederslijmvlies: Het afstoten van het verdikte baarmoederslijmvlies vindt plaats als gevolg van de verminderde hoeveelheid hormonen. Dit proces is wat de menstruatie of bloeding vormt.
Het is belangrijk op te merken dat de menstruatiecyclus van persoon tot persoon in lengte en symptomen kan variëren. Sommige mensen kunnen vóór hun menstruatie premenstruele symptomen (PMS) ervaren, zoals stemmingswisselingen, gevoelige borsten en krampen, terwijl anderen mogelijk geen merkbare symptomen hebben.
Gezondheid en ziekte © https://www.gezond.win