Ontlasting kan om verschillende redenen dik zijn. Enkele veel voorkomende oorzaken zijn:

1. Uitdroging:Onvoldoende vochtinname kan leiden tot harde, droge ontlasting. Zorg ervoor dat u de hele dag voldoende water drinkt, zodat uw ontlasting zacht en gemakkelijk te houden is.

2. Vezelarm dieet:Een dieet zonder vezels kan leiden tot constipatie en dikkere ontlasting. Vezels helpen om volume aan de ontlasting toe te voegen en een regelmatige stoelgang te bevorderen. Voeg meer vezelrijk voedsel zoals fruit, groenten, volle granen en peulvruchten toe aan uw dieet.

3. Bepaalde medicijnen:Sommige medicijnen, zoals ijzersupplementen, calciumsupplementen en sommige pijnstillers, kunnen als bijwerkingen constipatie en dikkere ontlasting veroorzaken. Als u medicijnen gebruikt die uw stoelgang kunnen beïnvloeden, raadpleeg dan uw arts.

4. Darmobstructie:In zeldzame gevallen kan dikke ontlasting een symptoom zijn van een darmobstructie. Dit gebeurt wanneer iets de doorgang van ontlasting door de darmen blokkeert. Symptomen kunnen zijn:ernstige buikpijn, braken en moeite met het passeren van gas of ontlasting. Als u deze symptomen ervaart, zoek dan onmiddellijk medische hulp.

5. Medische aandoeningen:Bepaalde medische aandoeningen zoals het prikkelbare darm syndroom (IBS), coeliakie en de ziekte van Crohn kunnen veranderingen in de stoelgang veroorzaken, waaronder dikkere ontlasting. Als u aanhoudende veranderingen in uw ontlasting en andere symptomen heeft, raadpleeg dan uw arts voor een evaluatie.

6. Constipatie:Constipatie is een veelvoorkomende oorzaak van dikke ontlasting. Het treedt op wanneer de ontlasting te lang in de dikke darm blijft, waardoor deze hard en moeilijk te passeren wordt. Er zijn verschillende factoren die kunnen bijdragen aan constipatie, zoals slechte voeding, gebrek aan fysieke activiteit, bepaalde medicijnen en medische aandoeningen.

Als u dikke ontlasting heeft en deze gepaard gaat met andere symptomen, zoals buikklachten, een opgeblazen gevoel of moeite met stoelgang, is het belangrijk om een ​​zorgverlener te raadplegen om de oorzaak vast te stellen en een passende behandeling te krijgen.